Kortrijk
Regen
7° - 15°
Antwerpen
Regen
7° - 15°
Blog
Blog
18 maart 2012  | Publius

Veralgemeende sorteerplicht voor alle afvalproducenten in Brussel

De gewestelijke verordening van 19 december 2008 betreffende de verwijdering van afval door middel van ophalingen voerde een sorteerplicht in voor particuliere huishoudens en voor producenten van andere afvalstoffen dan huishoudelijke die een contract hebben afgesloten met het Gewestelijk Agentschap voor Netheid (GAN).

Ter omzetting van de Europese Kaderrichtlijn Afvalstoffen 2008/98/EG wordt deze sorteerplicht nu uitgebreid naar álle afvalproducenten, alsook worden er bestuursrechtelijke en strafrechtelijke sancties gesteld op schendingen van de sorteerplicht, bij wege van de ordonnantie van 1 maart 2012 tot wijziging van de ordonnantie van 7 maart 1991 betreffende de preventie en het beheer van afvalstoffen (Afvalstoffenordonnantie) en van de ordonnantie van 25 maart 1999 betreffende de opsporing, de vaststelling, de vervolging en de bestraffing van misdrijven inzake leefmilieu (Milieuhandhavingsordonnantie). De wijzigingsordonnantie van 1 maart 2012 is op 16 maart 2012 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Aan artikel 10 van de Afvalstoffenordonnantie wordt een § 1bis, een § 1ter en een § 1quater toegevoegd, die als volgt luiden:

§ 1bis. - Iedere producent of houder van afvalstoffen wordt ertoe gehouden zijn afval te sorteren overeenkomstig de reglementering die van kracht is.De Regering bepaalt de modaliteiten van inzameling en verwijdering. De gescheiden inzameling is ten minste verplicht voor papier-karton, glas, sommige soorten plastic en metalen.
§ 1ter. - Iedere producent of houder van andere afvalstoffen dan huishoudelijke, gevestigd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, moet :
- hetzij de afvalstoffen zelf verwerken in de eigen toegestane verwerkingsinstallatie;
- hetzij de afvalstoffen vervoeren of laten vervoeren naar een toegestane verwerkingsinstallatie;
- hetzij de afvalstoffen overbrengen naar het Gewestelijk Agentschap voor Netheid of naar een erkende of geregistreerde inzamelaar overeenkomstig de bepalingen van artikel 13, eerste lid, 4° van deze ordonnantie.
§ 1quater. - De Regering kan bepalen of en onder welke voorwaarden een vrijstelling kan worden toegekend aan de producenten van andere afvalstoffen dan huishoudelijke, met name voor wat betreft de verwijderingskost(en) van een nader te bepalen volume aan gesorteerde afvalstoffen.


Aan artikel 15 van de Afvalstoffenordonnantie wordt een § 4 toegevoegd, die als volgt luidt:

§ 4. - De Regering stelt de modaliteiten vast volgens dewelke iedere producent of houder van niet-gevaarlijke afvalstoffen, andere dan huishoudelijke, moet bewijzen dat hij de bepalingen van artikel 10, § 1ter naleeft.Indien de producent of houder zelf de afvalstoffen verwerkt in zijn toegestane verwerkingsinstallatie, moet hij dit kunnen aantonen aan de hand van het afvalregister, overeenkomstig het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 30 januari 1997 betreffende het afvalregister.Indien de producent of de houder de afvalstoffen vervoert of laat vervoeren naar een toegestane verwerkingsinstallatie, moet hij dit kunnen aantonen door middel van een ontvangstbewijs opgesteld door een vergunde verwerkingsinrichting.Indien de producent of de houder de afvalstoffen overbrengt naar het Gewestelijk Agentschap voor Netheid of naar een geregistreerde inzamelaar overeenkomstig de bepalingen van artikel 13, eerste lid, 4° van deze ordonnantie, moet hij dit kunnen aantonen aan de hand van een ophaalcontract of een ander document afgeleverd door de inzamelaar waaruit de afsluiting van dat contract blijkt.De Regering mag de vorm en de inhoud van het ontvangstbewijs en van het ophaalcontract vastleggen. Ze bepaalt de toezichtmodaliteiten van de verplichting bedoeld in artikel 10, § 1ter van deze ordonnantie.

In artikel 22 van de Afvalstoffenordonnantie worden de eerste en tweede paragraaf vervangen door volgende paragrafen:

§ 1. - Wordt gestraft met een geldboete van 25 euro tot 12.500 euro, diegene die zijn eigen afvalstoffen achterlaat in overtreding met artikel 8, deze verwijdert in overtreding met artikel 10 of die tijdens een controle door de personeelsleden belast met het toezicht, de documenten vereist krachtens artikel 15, § 4, niet kan voorleggen.Indien het gaat om gevaarlijke afvalstoffen, bedraagt de boete tussen 125 euro en 75.000 euro.
§ 2. - Wordt gestraft met een gevangenisstraf van drie maanden tot drie jaar en een boete van 100 euro tot 25.000 euro of met één van deze straffen, diegene die andere niet-gevaarlijke afvalstoffen dan zijn eigen afvalstoffen achterlaat in overtreding met artikel 8 of deze verwijdert in overtreding met artikel 10.Wordt gestraft met een gevangenisstraf van zes maanden tot vijf jaar en een boete van 250 euro tot 100.000 euro of met één van deze straffen, diegene die andere gevaarlijke afvalstoffen dan zijn eigen afvalstoffen achterlaat in overtreding met artikel 8 of deze verwijdert in overtreding met artikel 10.

Deel dit artikel