Kortrijk
Regen
7° - 14°
Antwerpen
Regen
7° - 15°
Blog
Blog
05 juli 2018  | Publius

Over de opzettelijke fout, overheidsaansprakelijkheid en verzekeringsdekking

In een arrest van het hof van beroep te Gent van 28 juni 2018 wierp de verzekeringsmaatschappij tegen de verzekerde ambtenaar op dat er sprake was van opzet. Het hof van beroep te Gent wijst in het arrest nr. 2016/AR/949 van 28 juni 2018 deze aanspraak af: de verzekeraar die beweert van dekking bevrijd te zijn, moet bewijzen dat de verzekerde een opzettelijke daad heeft begaan waardoor hij het voordeel van de verzekering heeft verloren.

‘Opzettelijke schuld, die krachtens artikel 8, eerste lid, Wet Landverzekeringsovereenkomst de dekking van de verzekeraar uitsluit, is die welke de wil inhoudt om schade te veroorzaken en niet gewoon de wil om het risico op schade te creëren; opdat de verzekeraar van dekking zou zijn bevrijd, volstaat het, maar is het wel noodzakelijk, dat de schade gewild was, vermits de schuld opzettelijk is, zelfs als de aard of de omvang van het schadegeval niet als dusdanig door de pleger was beoogd (Cass. AR P. 11.0561.F, 26 oktober 2011).

Een opzettelijke fout veronderstelt de wil om een schade te veroorzaken die voortvloeit uit de totstandkoming van een door verzekeringsovereenkomst gedekt risico (Cass. 23 februari 2017, R.W., 2017-18, afl. 17, 665).

Hier heeft [de ambtenaar] zware fouten begaan (in de zin van artikel 2 van de Wet van 10 februari 2003 betreffende de aansprakelijkheid van en voor personeelsleden in dienst van openbare rechtspersonen, ... doch [de verzekeringsmaatschappij] toont niet aan dat hij de wil had om schade te veroorzaken, dat hij daadwerkelijk de intentie had om een schade te veroorzaken die voortvloeit uit de totstandkoming van een door de verzekeringsovereenkomst gedekt risico. Het loutere feit dat [de ambtenaar] wist dat hij (onvermijdelijk) schade zou berokkenen volstaat niet. De wil om schade te veroorzaken is niet bewezen.’.

Ref. Pub5206, Gent 28 juni 2018, nr. 2016/AR/949

Deel dit artikel