Kortrijk
Bewolkt
12° - 21°
Antwerpen
Bewolkt
11° - 22°
Blog
Blog
08 oktober 2024 | Sofie LogieenThomas Fiers

Een privaat belang delft niet noodzakelijk het onderspit ten aanzien van een beschermd belang in het kader van openbaarheid van bestuur

Artikel II.35, 4° van het Bestuursdecreet stelt dat overheidsinstanties een aanvraag tot openbaarmaking afwijzen als ze van oordeel zijn dat het belang van de openbaarheid niet opweegt tegen de bescherming van de rechtspleging in een burgerlijk of administratief rechtsgeding en de mogelijkheid om een eerlijk proces te krijgen.

De loutere overweging dat een gerechtelijke procedure lopende is en het niet uit te sluiten valt dat het gevraagde bestuursdocument de uitkomst van die procedure zou kunnen beïnvloeden, volstaat op zich niet om de openbaarheid ervan te weigeren. Anders oordelen zou impliceren dat de belangenafweging zich verengt tot de vaststelling van de schade aan het beschermde belang.

Ook de toepassing van artikel II.35, 1° vereist dat de overheidsinstantie een concrete afweging maakt van het economisch, financieel en/of commercieel belang met het openbaar belang van openbaarmaking. De enkele verwijzing naar het bestaan van een dergelijk belang volstaat niet.

Tot dit oordeel kwam de Raad van State in het arrest van 30 september 2024, met nr. 260.856.

De Auditeur gaf nochtans een andersluidend advies en kwam tot de conclusie dat ondanks het ontbreken van een uitdrukkelijke belangenafweging, uit het geheel van de bestreden beslissing niet anders kan dan afgeleid te worden dat het belang van verzoekende partij te herleiden is tot een privaat belang, met name een louter persoonlijk (financieel) belang in hoofde van de verzoekende partij, wat niet opweegt tegen een beschermd belang.

Deel dit artikel